De vijanden verdelgd
Gods oordeel op de volkenlegers die Zijn land zijn binnengevallen en Zijn verbondsvolk hebben aangevallen, markeert het begin van de overgang van de koninkrijken van deze wereld tot het wereldomvattende Koninkrijk van Christus Jezus.
Haggaï had de opdracht gekregen een zeer gewichtige boodschap aan Zerubbabel, stadhouder van de provincie Jehud en vertegenwoordiger van de koninklijke lijn van David, te brengen:
“Ik zal de hemel en de aarde doen beven.
Ik zal de troon van de koninkrijken omverwerpen, de kracht van de koninkrijken van de volken verdelgen, de wagens en die daarop rijden, omverwerpen en de paarden en hun ruiters zullen neerstorten, ieder door het zwaard van de ander” (Hag. 2:22-24).
Zacharia gaat op deze catastrofe nader in, met een beschrijving van de plaag die de binnenvallende volken zal treffen. De legers zullen niet alleen met een afschuwelijke, toen onbekende, lichamelijke ziekte getroffen worden, maar zullen ook met krankzinnigheid gekweld worden. De profeet had reeds eerder gezegd:
“Op die dag, luidt het woord van Jehovah, zal Ik alle paarden treffen met verbijstering en hun berijders met krankzinnigheid” (Zach. 12:4).
Nu voegt hij aan die profetie deze verdere verklaring toe:
“ja, op die dagen zal er onder hen een grote, door Jehovah bewerkte, ontsteltenis (of verwarring) zijn, en ieder zal de hand van een ander grijpen, en ieders hand zal zich tegen die van een ander verheffen” (Zach. 14:13).
Want Ik zal de bewoners van het land niet meer sparen, is de godsspraak van Jehovah; neen, Ik lever al die lieden aan hun herder over, en aan hun verkoper; die zullen het land verdrukken, en Ik zal ze niet uit hun greep verlossen. (Zach. 11:6)
De heilsgeschiedenis levert een voorbeeld van wat in de eindtijd op veel grote re schaal zal gebeuren. De legers van Assur hadden in de tijd van de profeet Jesaja al de versterkte steden van Juda veroverd en bezet met uitzondering van Jeruzalem zelf.
Zoals Jesaja had voorzegd, zouden
“de machtige en geweldige wateren van de Rivier, de koning van Assur met al zijn heerlijkheid”
tot de hals stijgen, maar het hoofd, Jeruzalem, zou ongedeerd blijven (Jes. 8:7-8). Wat er gebeurd is toen de binnenvallende legers naar Jeruzalem zijn opgerukt, vertelt de geschiedschrijver:
“In die nacht ging de Engel van Jehovah uit en sloeg in het leger van Assur honderdvijfentachtig- duizend man. Toen men vroeg in de morgen opstond, zag men daar overal allemaal lijken liggen” (2 Kon. 19:35-36).
36 En de engel van Jehovah kwam naar het kamp van de Assyriërs en doodde daar 185.000 man. De volgende ochtend zag men overal lijken liggen.+ 37 Koning Sa̱nherib van Assyrië vertrok daarna. Hij ging terug naar Ninevé+ en bleef daar.+ 38 Toen hij zich neerboog in het huis* van zijn god Ni̱sroch, werd hij met het zwaard gedood+ door Adramme̱lech en Sare̱zer, zijn eigen zonen, die daarna naar het land A̱rarat+ vluchtten. Zijn zoon E̱sar-Ha̱ddon+ volgde hem als koning op. (Jesaja 37:36-38)
In de hoofdstukken hoofdstukken 9-14 beschrijft Zacharia eerst hoe Jeruzalem bevrijd wordt van een vijandelijke belegering. Dat gebeurt door bemiddeling van een redder die door zijn eigen volk ter dood wordt gebracht en die met de goede herder wordt vereenzelvigd. In die hoofdstukken kunnen wij een voorafspiegeling zien van de herder uit de stam of het ‘huis van koning David‘. Profetisch wordt er gemeld hoe die redder zou doorstoken worden:
10 Ik zal de geest van gunst en smeekgebeden uitstorten over het huis van David en over de inwoners van Jeruzalem, en ze zullen kijken naar degene die ze hebben doorstoken.+ Ze zullen om hem rouwen als om een enige zoon. Hun verdriet om hem zal zo bitter zijn als het verdriet om een eerstgeboren zoon. (Zacharia 12:10).
34 Maar een van de soldaten stak met een speer in zijn zij,+ en meteen kwam er bloed en water uit.(Johannes 19:34)
37 En nog een ander Schriftgedeelte zegt: ‘Ze zullen kijken naar degene die ze hebben doorstoken.’+ (Johannes 19:37)
Zacharia’s boekrol eindigt met een profetie over de eindtijd waarbij hij aangeeft hoe Jehovah als Allerhoogste God aan wie heiligheid (of apart plaatsing) toebehoort, al de volken die tegen Jeruzalem zijn opgetrokken met rampspoed zal slaan en ervoor zal zorgen dat de stad Jeruzalem weer volledig aan Hem zal toegewijd zijn.
14 ‘De dag komt, een dag die van Jehovah is, waarop de buit uit jou* in je midden wordt verdeeld.
…
3 Jehovah zal uittrekken en tegen die volken strijden+ zoals wanneer hij oorlog voert op de dag van de strijd.+ 4 Op die dag zullen zijn voeten op de Olijfberg+ staan, ten oosten van Jeruzalem.
…
6 Op die dag zal er geen kostbaar licht zijn+ — de dingen zullen gestold* zijn. 7 Die dag zal bekend komen te staan als Jehovah’s dag.+ Het zal geen dag en geen nacht zijn, en in de avond zal er licht zijn. 8 Op die dag zal er levend water+ uit Jeruzalem stromen:+ de ene helft naar de oostelijke zee*+ en de andere helft naar de westelijke zee.*+ Dat zal in de zomer en in de winter gebeuren. 9 Jehovah zal Koning zijn over de hele aarde.+ Op die dag zal Jehovah één zijn+ en zijn naam één.+
…
12 Dit is de plaag waarmee Jehovah alle volken zal geselen die oorlog voeren tegen Jeruzalem:+ hun vlees zal wegrotten terwijl ze op hun voeten staan, hun ogen zullen wegrotten in hun kassen en hun tong zal wegrotten in hun mond.
13 Op die dag zal Jehovah verwarring onder hen verspreiden. De een zal de hand van de ander vastgrijpen en ze zullen elkaar aanvallen.+
…
20 Op die dag zullen de woorden “Heiligheid behoort Jehovah toe!”+ op de bellen van de paarden geschreven worden. De kookpotten*+ in het huis van Jehovah zullen zijn als de schalen+ vóór het altaar. 21 Elke kookpot* in Jeruzalem en in Juda zal heilig zijn en zal Jehovah van de legermachten toebehoren, en iedereen die slachtoffers brengt zal binnenkomen en enkele daarvan gebruiken om te koken. Op die dag zal er in het huis van Jehovah van de legermachten geen Kanaäniet* meer zijn.’+ (Zacharia 14)
Heel de wereld zal moeten weten dat er slechts één God is Die eer verdient en Zijn Naam hooggeprezen dient te worden. Aan Hem horen wij dan ook Zijn Naam alle eer te bewijzen.
30 Ten slotte maakten ze van zuiver goud de blinkende plaat, het heilige teken van opdracht,* en graveerden daarin, zoals bij een zegel, de woorden: ‘Heiligheid behoort Jehovah toe.’+ 31 Ze maakten die met een koord van blauw draad aan de tulband vast, precies zoals Jehovah Mozes had opgedragen. (Exodus 39:30,31)
29 Geef Jehovah de eer die zijn naam verdient.+
Verschijn voor hem met een geschenk.+
Buig voor* Jehovah in heilige kleding.*+ (1 Kronieken 16:29)
5 En de Levieten Je̱sua, Ka̱dmiël, Ba̱ni, Hasa̱bneja, Sere̱bja, Hodi̱a, Seba̱nja en Petha̱hja zeiden: ‘Sta op en loof Jehovah, je God, voor eeuwig en altijd.*+ O God, laat uw glorieuze naam, die boven alle zegen en lof verheven is, geprezen worden. (Nehemia 9:5)
Zijn majesteit gaat aarde en hemel te boven.+ (Psalm 148:13)
+
Voorgaande
Zacharia: de profeet van Israëls herstel #1 Joodse ballingen in het rijk van Darius de Grote
Zacharia: de profeet van Israëls herstel #2 Jeruzalem als navel van de aarde
Zacharia: de profeet van Israëls herstel #3 Jeruzalem verhoogd
Zacharia: de profeet van Israëls herstel #4 Levende wateren
Het evangelie in het boek Jesaja – De Openbaring van Gods Gerechtigheid
++
Aanvullend
- Wie is God: een God onder de goden
- Geloof in slechts één God
- De Enige Ware God
- God boven alle goden
- Jehovah Heer der heren
- God de Vader
- Jehovah wiens Naam Heilig is
- Ik ben die ben Ehyeh-Asher-Ehyeh
- Hashem השם, Hebreeuws voor “de Naam”
- God over zijn Naam יהוה
- Belangrijkheid van Gods Naam
- Archeologische vondst omtrent de Naam van God YHWH
- De NIV en de Naam van God
- Use of /Gebruik van Jehovah or/of Yahweh in Bible Translations/Bijbel vertalingen
- Gebruik van Jehovahs naam
- Heer, Yahuwah, Yeshua of Yahushua
- Aanroepen van Gods Naam
- Prijs en zeg dank tot God de Allerhoogste
- Vertrouwen, Geloof, Roepen en Toeschrijving aan Jehovah #2 Aanroepen van de Naam van God
- Vertrouwen, Geloof, Roepen en Toeschrijving aan Jehovah #11 Gebed #9 Heiliging van Dé Naam
- Vertrouwen, Geloof, Roepen en Toeschrijving aan Jehovah #13 Gebed #11 Naam om apart geplaatst te worden
- Breng glorie aan Jehovah God de Allerhoogste
- God Helper en Bevrijder
- God komt ons ten goede
- Gods Redding
- Hoop voor de toekomst
- Christus in Profetie #8 De psalmen (2B) De Gezalfde goede herder spreekt
- Straf van God
- Volk van God
- Beloofde land
- Koninkrijk Gods
- Koninkrijk van Christus en Koninkrijk van God
- Koninkrijk van Christus
- Vrede van God
- Paradijselijk Koninkrijk
- Verscheidene Verbondakkoorden 2 Een Wetsverbond of wetsverdrag
- De Ekklesia #1 De uitgeroepenen
- De Ekklesia #2 De Gemeente van het Oude Verbond
- De Taal van de Bijbel: de Tussenmuur
- Het Geschreven Woord: lossing
- Het scheuren van het voorhangsel
+++
Gerelateerd
- Gods Naam
- Ga met ons en doe als wij
- God is thuis
- De Verbondsgod is trouw
- Ter verantwoording geroepen
- Niet van harte
- Jahweh Jireh
- Stof
- Nieuw licht op oude woorden
- Psalm 122 • A Prayer for Jerusalem/Een gebed voor Jeruzalem
- Ambassadeurs van een Stad van Vrede
- Met steun van EU hebben Palestijnen plan voorgesteld om Jeruzalem tot hun hoofdstad te maken
- Waarom erkent het VK Jeruzalem niet als de hoofdstad van Israël?
4 reacties